Een wit steentje, waarop een nieuwe naam staat. Openbaring 2:17b
Zijn we engelen in de hemel? Geesten? Vage wezens? Nee, we zullen nog veel meer zijn wie we zijn dan wie we waren op aarde. Onze individualiteit gaat niet verloren, maar wordt juist volmaakt.
We zullen herkenbaar en gekend zijn. Mensen in de hemel worden gewoon bij hun naam genoemd. Abraham, Isaak, Jakob (Matteüs 8:11). Lazarus (Lucas 16:25). Iedereen is herkenbaar. De drie discipelen herkenden Mozes en Elia direct, toen ze vanuit de hemel bijJezus kwamen (Marcus 9:4). In de hemel zal ik nog steeds Willem de Vink zijn. Maar ik zal ook meer dan ooit zijn wie ik echt ben. Zoals God mij echt kent. Niet in mijn zonden, want die bestaan in de hemel niet meer (Hebreeën 10:17, Openbaring 22:3a). Wel in mijn karakter en persoonlijkheid, die door God gevormd zijn.
In de Bijbel krijgen mensen regelmatig een nieuwe naam. Het is de uitdrukking van de ontwikkeling die ze met God hebben doorgemaakt. Abram wordt Abraham. Jakob Israël. Hosea Jozua. Simon Petrus. Saulus Paulus. Omdat je in de hemel intiem contact hebt met God, krijg je ook nog een naam erbij die alleen Hij en jij weten. Die naam is jouw privéverbinding met hem.
God zal jouw nieuwe naam op een bijzondere manier vastleggen. Hij geeft je een steen.